Rijtest: Toyota C-HR 1.8 Hybrid (2017)
Verjaardagen van Toyota-rijders: gaaaaaap! Nooit aan beginnen dus. Toyota-rijders zijn vreselijke – meestal stokoude – mensen. Toyota Avensis-eigenaren hebben nooit ergens een mening over. De Toyota Prius-eigenaar probeert je te overtuigen dat de ijsbeer echt bestaat, terwijl jij ondertussen een poging MindF*ck doet om die komkommer op tafel in een grillworst te laten veranderen. Toyota Auris-eigenaren praten alleen maar over lage bijtelling terwijl jij kokhalst van de lauwe Schultenbraus-uit-blik en Toyota Verso-rijders zie je alleen maar op hun eigen begrafenis. En dan zomaar uit het niets presenteert Toyota de meer dan flitsende Toyota C-HR.
Is Toyota langzaam wakker geworden uit de comateuze winterslaap?
Dat lijkt erop ja. Natuurlijk produceren ze nog veel braaksel, maar je kunt ook voor leuke auto’s bij Toyota terecht. Bijvoorbeeld de speelse GT-86 en nu ook de extravagant vormgegeven Toyota C-HR. Ze moeten ook wel, want de Prius is allang niet meer de enige veganist in ons midden. Ieder merk heeft tegenwoordig een groen modelletje, alleen zit je daarin niet voor lul. Kortom, Toyota moet weer sexy worden. Vooralsnog werpt de nieuwe strategie haar vruchten af. Ik zie de Toyota C-HR echt vaak rijden!
Wel een beetje een aparte modelnaam niet?
Wie heeft dit nu kunnen verzinnen? Maak je zo’n auto en geef je hem de naam C-HR. Dit klinkt eerder als de naam van je gerobotiseerde grasmaaier of de nieuwste generatie wasdrogers. Ik zal je niet langer in spanning houden, C-HR staat voor Coupé High Rider. Ik heb geen flauw idee wat ze hiermee willen zeggen, maar dit zal vast wel weer een poging zijn van een fabrikant om een nieuw segment uit te roepen. Neem de marketing maar met een korrel zout, de concurrenten zitten toch wel in de hoek van de Kia Sportage, Seat Ateca, Renault Kadjar en dat soort werk.
Is het een familieauto?
Dat valt wel een klein beetje tegen. De beenruimte is net aan genoeg, maar de bagageruimte is met 377 liter echt aan de krappe kant voor een auto in dit segment. Ook is het zicht uit de kleine achterruiten nogal beperkt. Leuk, een beetje als in een coupé dus, maar daar denk je snel anders over als je kids de achterbank onder spugen omdat ze niet naar buiten kunnen kijken en wagenziek worden. Ook het instappen is een uitdaging, dankzij de lage daklijn stootte ik – voor het eerst in mijn autoleven – vrij hardhandig mijn hoofd. Evenzo onhandig, de deurhendels op de achterportieren zitten vrij hoog geplaatst. Diezelfde kids kunnen dus niet makkelijk zelf instappen.
Hoe is het interieur?
Leuk. Ik denk dat dit wel het juiste woord is. De vormgeving is origineel, de afwerking goed en de gebruikte materialen vallen me ook best mee. Leuk detail: de zwarte dakhemel. Het geheel is net niet van het niveau Volkswagen, maar het kan er echt prima mee door. Datzelfde geldt voor de stoelen. Ze zitten niet onverdienstelijk. Toyota doet ook mee aan de rage om zoveel mogelijk opties in het multimediasysteem onder te brengen. Dit werkt vlekkeloos, al ben ik over de navigatie minder te spreken. De laadtijden zijn lang en de graphics – zoals eigenlijk altijd bij Aziatische auto’s het geval is – lijken uit 1984 te stammen. Gelukkig maakt de JBL audio veel goed. Prima systeempje.
Stuurt het nog een beetje?
Dynamiek is het nieuwe toverwoord bij deze C-HR. En warempel, dit is zowaar niet eens gelogen. Deze Toyota rijdt verrassend leuk. Hij stuurt goed, remt goed en het onderstel helt nauwelijks over. Knap gedaan van Toyota. Hij is zelfs wel wat aan de te straffe kant geveerd als je het mij vraagt. Niet dat ik het erg vind, want je krijgt er in dit geval wel wat voor terug. De 1.8 Hybrid is overigens alleen als voorwielaandrijver verkrijgbaar. De 1.2 liter is ook met All Wheel Drive leverbaar.
Is het een lekkere strepentrekker?
Helaas helaas helaas. Hier komt toch weer even de ware aard van Toyota bovendrijven. Ondanks het wilde uiterlijk en het fijne onderstel levert Toyota alleen schaapjes in de C-HR. Je hebt de ‘Prius’ variant met 1.8 liter hybrid met een gecombineerd vermogen van 122 pk en een kleine 1.2 turbo met 116 pk. Ik reed in de hybride en ben niet enthousiast. Bij normaal gebruik is het een comfortabele en superzuinige krachtbron (1 op 20 echt geen probleem), maar als er wat meer gevraagd wordt valt de combinatie toch door de mand. Dan houdt de CVT versnellingsbak te lang het toerental hoog, zonder dat je beloond wordt met flitsende prestaties. Integendeel, het is en blijft een uiterst slome auto. Zonde, deze auto verdient een dikkere motor. Een lekkere 150 pk turbo zou al voldoende zijn. Meer mag ook. Altijd!
Wat kost ie?
Het voordeel van het gebruik van de bekende Toyota-techniek merk ik als ik een blik op de prijslijst werp. De C-HR is verkrijgbaar vanaf 25.000 euro. De prijslijst vergt overigens wel wat tijd, want het modelgamma is niet heel erg overzichtelijk. Er zijn maar liefst zes verschillende uitrustingsvarianten leverbaar. De verschillen tussen de verschillende versies zijn relatief klein. Ik denk dat je met het tweede uitrustingsniveau (Executive) al redelijk gelukkig kan worden. Dan heb je eigenlijk alle basics wel erop zetten. Ik reed overigens in een duurdere versie met alles erop en eraan. Erg leuk, maar dan ga je uiteindelijk wel richting een bedrag van 37.000 euro.
Conclusie: kopen of slopen?
Ik waardeer de poging van Toyota om weer eens iets leuks op de markt te brengen. Het ontwerp is vernieuwend en speels en tot mijn verrassing stuurt en rijdt de Toyota C-HR gewoon heel erg goed. Jammer genoeg blijft het spektakel onder de motorkap uit. De brave Priusmotor en irritante CVT-automaat doen het lekkere onderstel geen recht. Ook als people-carrier valt de Toyota wel een beetje door de mand. Echt ruim en praktisch is de Toyota C-HR niet. Dan kun je beter een Renault Scenic of Opel Zafira kopen. Maar ja, in die auto’s wil je nog niet dood gevonden worden en – BREEK – in deze Toyota wel! Heb je geen loden rechtervoet en rijd je wel graag in een opvallende auto? Dan is de Toyota C-HR misschien wel jouw volgende auto! Ik zoek – om bekende redenen – even verder :).
Eindcijfer: 7
+ gewaagd en verfrissend design
+ lekkere rij-eigenschappen
+ zuinig
– motorisch veel te braaf
– niet erg praktisch