Rijtest: Peugeot 106 Rallye (1998)
Weemoed. Daar heb ik als autoliefhebber steeds vaker last van. Zeker als ik weer de zoveelste (te) zware elektrische SUV moet testen. Die op het logo na eigenlijk nauwelijks verschilt van andere SUV’s. Daarom ben ik dolblij dat ik een rondje mag sturen met deze Peugeot 106 Rallye uit 1998.
Waarom is dit iets om blij van te worden?
Allereerst de Peugeot 106 als basis. Een superbetaalbaar stadsautootje. Toen er nog niet allerlei (ridicule) milieu- en veiligheidseisen waren. Inmiddels is het produceren van dit soort auto’s niet meer lonend en is betaalbaar autorijden verder uit beeld dan ooit. Ook bijzonder: de Peugeot 106 had maar liefst twee sportieve versies. Het topmodel was de 106 GTI. De atmosferische 1.6 liter 16-klepper was goed voor 120 pk. Iets lager op de prijslijst stond de Peugeot 106 Rallye. Eerst met een 1.3 liter motor, na de facelift in 1995 werd een 1.6 liter 8-klepper met 103 pk onder de kap geschroefd. In eerste instantie voelt de Rallye aan als een budget GTI. Je hebt geen airco, elektrische ramen, centrale deurvergrendeling en stuurbekrachtiging. Dat heeft ook een voordeel, want het resultaat van dit alles is dat de Rallye slechts 868 kg weegt. Dit is naast een betaalbare instap in de sportieve wereld ook een auto voor puristen. De GTI is met wat meer luxe wat meer ‘mainstream’.
Wat valt op aan de Rally?
De typische Rallye-details. De witte stalen velgen bijvoorbeeld. De stickers. De speciale stoelbekleding. Het is een klein kunstwerkje op wielen. Aaibaar, benaderbaar maar wel eentje met een speciaal DNA. Een vrolijke puppy. Ik heb zelden zo’n charmant autootje gezien. Prachtig in de lak ook (vrij recent opnieuw gespoten) en in voortreffelijke staat. Ondanks 244.000 kilometer ervaring zie ik geen gebruikssporen aan boord. Wel zie ik een extreem Spartaans interieur waar alleen het hoognodige aanwezig is. Denk dan aan een ruitenwisser, een claxon en dat soort dingen ;). Toch is de eerste indruk niet verkeerd. De sportstoeltjes zitten echt gerieflijk en het onderstel is minder hard dan ik had verwacht. Er zit een prettige ‘joy de vivre’ in het onderstel. Het onderstel leeft en veert met je mee. Niet altijd consequent en verfijnd maar wel leefbaar en vermakelijk. Het comfortniveau valt me echt mee. Sowieso is het overzicht voortreffelijk in dit kleine gebakje en is het bedienen van bak en koppeling echt kinderspel. Het enige waar ik als verwende automobilist moeilijk aan kan wennen is het ontbreken van stuurbekrachtiging. Even ontspannen met één handje snel steken kun je echt vergeten.
Is 100 pk niet wat weinig voor de auto?
Nee hoor, niet met dit gewicht. Dus heb je gewoon een vlot autootje. Zeker in versnellingen 2, 3 en 4 zit er echt wel wat voorwaartse beweging in de auto. De cijfers (0-100 in 9.6 seconden) lijken niet zo indrukwekkend, maar de praktijk is echt anders. Je zit laag, de uitlaat maakt flink wat kabaal en de dempers geven altijd feedback. Dat doet iets met de beleving. Het gaat gevoelsmatig heel erg rap, terwijl je op de teller niet meer dan 120 rijdt. Heerlijk! Dit is een rijbewijsvriendelijke auto. De motor is sowieso een pareltje. Omdat het een achtklepper is, heb je in de midrange al best wat bruikbaar koppel, terwijl de gasrespons altijd instant is. Nee, bij het stoplicht rijdt de eerste de beste elektrische SUV je volledig zoek, maar jij zit wel met een dikke grijns achter het stuur als je doorhaalt naar de 7.000 toeren en iedere pk uit de auto perst. Aandachtspuntje: de gemonteerde sportuitlaat maakt het geluid nog iets bruter. Heel gaaf als je gaat knallen, maar bij een normale rijstijl soms ook wel op het randje.
Hoe doet de auto het op de Landstrassen?
Dit is echt een auto voor die smalle B-weggetjes die je over de grens in Duitsland in veelvoud kunt vinden. Waar je echt al je best moet doen om de toegestane maximumsnelheid (100 km/h) te halen. Het stuurgevoel is subliem. Superdirect en ongefilterd. De motor brult en ademt vrijuit, de handbak staat garant voor bakken rijplezier en het chassis is nagenoeg perfect. De hoeveelheid tractie verrast, al moet je wel waakzaam zijn dat je met name in lange doordraaiers niet te abrupt het gas lost. Want de achterkant kan heel snel omkomen. Maar listig is de auto niet. Het is de handleiding die je moet leren kennen. Wat voor mij best lastig is omdat ik gewend ben aan ‘turbocharged hothatches‘. Dit vergt een andere rijstijl. Dus niet in de bocht lekker op je turbopower leunen, maar je moet je ‘entry speed’ al op orde hebben voordat je insteekt. En hoog in de toeren zitten en blijven. Daarom laat ik de eigenaar ook nog even een snel rondje doen. Die kent de auto veel beter en is bovendien getalenteerder dan ik. Het is onvoorstelbaar hoeveel hij uit het chassis weet te peuteren en wat de auto allemaal kan verwerken. Dit is echt wel serieus speelgoed.
Dus kopen?
Dat hangt sterk af van je voorkeuren en gebruik. Zoek je een onderhoudsvrije auto, dan is dit niet je ding. Bij een Franse auto van 25 jaar oud en 244.000 kilometer op de teller moet je natuurlijk wel eens wat vervangen en is het handig als je zelf wat kunt sleutelen. Gelukkig scheelt het wel dat de auto inmiddels in puike conditie is. Dus de auto is fit genoeg om voor trackdays te gebruiken. Of als hobbyauto. Dan is dit echt een pareltje. Als daily is de auto minder geschikt. Het ontbreken van airco en stuurbekrachtiging is dan wel een dingetje. Maar als je een leuk sportief autootje zoekt voor erbij, sla dan snel je slag. Het goede nieuws: ik sluit niet uit dat de Peugeot 106 Rallye de komende jaren in waarde gaat stijgen. Want anno 2023 zijn dit soort auto’s steeds meer een zeldzaamheid!
Eindcijfer: 7.5
+ Toffe uitstraling
+ ‘Eats corners for breakfast’
+ Levendig motortje
+ Goedkoop
– Te spartaans voor de dagelijkse kilometers.
Vermogen 103 pk, 132 nm |
0-100 9.6 sec |
Topsnelheid 195 km/h |
Motor 1.6l, viercilinder |
CO2 uitstoot – g/km |
Vanafprijs (NL) nvt |
Minimale bagageruimte 215 liter |
Leeggewicht 868 kg |
ps….de auto staat overigens te wachten op een nieuw baasje.
Met veel plezier gelezen. Doet me denken aan je vorige artikel over de Porsche 911. Minder is meer. Wat zou er gebeuren als je een klein beetje moderne techniek in zo’n autootje stopt. Toch stiekum een 1.0 TSI uit een polo ? Dan wordt hij nog lichter, sneller en zuiniger.