Rijtest: Fiat Panda 4*4 (2019)
Een Fiat Panda met tweecilindermotor en vierwielaandrijving? Dat moet wel de grootste nachtmerrie op wielen zijn zou je denken. Nee, eerder omgekeerd. Dit is best een briljant autootje. Echt een aangename verrassing.
Verrassing? Wat is er dan zo fijn aan?
Ik wil bijna zeggen ‘alles’, maar dat is natuurlijk niet zo. Van een paar dingen word ik echt blij. Bijvoorbeeld het ontwerp. De Fiat Panda loopt echt alweer een paar jaar mee maar toch ziet het autootje er fris uit. Herkenbaar. Sympathiek. Zo maar wat termen die in me opkomen. Aaibaar zou er ook eentje zijn. Het interieur is inmiddels wel een beetje versleten. In deze klasse kun je inmiddels mooier krijgen maar het is functioneel en alles werkt. Is voor een Italiaanse auto ook niet verkeerd.
Vierwielaandrijving? Wat heb je daar in Nederland aan?
Niets natuurlijk. In ons geasfalteerde en vlakke kikkerlandje heb je zelden vierwielaandrijving nodig. Lekker het geld op zak houden. In Italië is dat anders. Daar zijn de wegen veel slechter en soms ook niet verhard. Zeker in de winter kan vierwielaandrijving dan wel eens handig zijn. Daarom verkoopt de Fiat Panda 4*4 in de Alpenlanden en in thuisland Italië nog steeds zo goed. Het is de goedkoopste vierwielaandrijver die je kunt krijgen en je kunt er ook verrassend goed mee offroaden.
En de tweecilinder?
Tsja, dat is wel een dingetje. Ik klaag wel eens dat een driecilinder rauw loopt maar dat is niets vergeleken met een tweecilinder. Wat een hork is dit. Tegelijkertijd leer je er mee leven omdat de handgeschakelde zesbak de feeststemming weer terugbrengt. Wat heerlijk om zelf te poken. Wat ook helpt is dat de eerste drie versnellingen lekker kort zijn gespatieerd. Dus je bent gewoon lekker aan het poken en aan het koppelen en je rijdt eigenlijk constant volgas. Ook dat doet iets voor de beleving. Dat de motor dan klinkt als een krijsende Italiaanse nonna vergeef je hem wel. Uiteindelijk ga je de ongepolijste loop zelfs waarderen omdat dit de auto karakter geeft. Die zeikerige Italiaanse nonna bouwt wel de beste lasagnes. Ik weet het – dat is absoluut niet consequent of objectief – maar een goed gevoel verbloemt heel veel.
Waar komt dat goede gevoel door?
James May heeft gelijk. De Fiat Panda is een hilarisch leuke auto. Zeker op smalle en bochtige bergweggetjes in de regio rond Napels. De wegen zijn smal, het asfalt is slecht en je hebt nauwelijks overzicht. Hier heb je helemaal niks aan 300 pk. Of 200. Met de 80 peekaatjes in de Fiat Panda is het genieten geblazen. De auto is licht en stuurt lekker agressief in. Hierdoor kun je de auto heerlijk oppakken en domweg in een bocht smijten. Dan laat de Fiat Panda met een klein jumpje van het binnenste wiel al spartelend weten dat hij het machtig naar zin heeft en ga je volgas op de volgende bocht af. Altijd volgas. Ja, op lange doordraaiers mis je vermogen, maar voor het kleine vinnige bergwerk is de Panda echt briljant. Omdat het nooit hard gaat kun je ook gewoon veel makkelijker losgaan. Ik zit met een grote glimlach achter het stuur en dat had ik niet zien aankomen. Dat de stoelen geen zijdelingse steun bieden boeit ook niet. Dit soort ongemakken lach ik inmiddels weg. Zo gaat dat.
En op de Autostrada?
Is de Panda wat minder geschikt, al is het comfort altijd voldoende. Dit is geen stuiterharde ‘Nürburgring-racer’. Je merkt wel dat de motor te klein is voor dit soort werk. In de eerste drie versnellingen zit er best wat pit in maar vanaf versnelling vier wordt het meer sappelen. Zeker in de zesde versnelling zul je echt terug moeten schakelen als je die caravan voorbij wilt steken. Qua zitcomfort en geluidsisolatie is de Panda zeker niet het beste jongetje in de klas. Hier merk je dat de Panda al langer meeloopt. Qua ruimte is de Panda overigens prima in dit segment.
Wat kost dit?
Een gewone Panda kun je voor 14.000 euro kopen. Dan heb je een 69 pk versie en de Lounge uitrustingsvariant. De 4*4 kost net geen 20.000 euro. Die 5.000 euro meerprijs is stevig in dit segment. Je krijgt dan wel een sterkere motor (80 pk) en je hebt wat meer luxe aan boord. Het blijft veel geld maar het is ook geen ‘rip off’. Bedenk wel dat veel veiligheidssystemen niet leverbaar zijn dus dat je als bestuurder nog veel zelf moet regelen. Vind ik fijn, maar ik kan me voorstellen dat jij daar wellicht anders over denkt.
Conclusie
De Fiat Panda is zeker niet perfect. De motor is rauw, de veiligheidsuitrusting beperkt en het uiterlijk is niet ieders ding. Toch leverde ik de sleutels met tegenzin in bij het verhuurbedrijf. Het is een lichtgewicht puppy die gewoon lekker wil spartelen. Leuk om een keertje gereden te hebben. Het bewijs dat je niet veel vermogen nodig hebt om toch met plezier te kunnen sturen. Zeker op de Italiaanse wegen heb je best baat bij zo’n auto. In Nederland heb je wat minder bochten en komt de auto wat minder tot zijn recht. Objectief gezien is een 7 misschien wel een iets te hoog cijfer. Maar ach. Mijn blog, mijn regels. Een Volkswagen Up is echt wel een meer volwassen auto. Dan maar emigreren naar Italië. Dan kun je de Fiat Panda naast je Alfa Romeo en Ferrari op de oprit proppen.
Eindcijfer: 7
+ Gewoon leuk om mee te rijden
+ Nog steeds niet al te duur
– Inmiddels echt wel verouderd
– Tweecilinder wel erg rauw