Great Drives: Stelvio en Timmelsjoch
Driveaholic-lezer Robbert wil graag een afgevinkt ‘bucketlist’ itempje met ons delen. Hij heeft in Italië de fameuze Stelvio en als toetje de Timmelsjoch gereden. Met recht een ‘Great Drive’ van de buitencategorie.
Het vertrekpunt?
Robberts reis begint in het Italiaanse Bormio. Midden in het hart van de Alpen en een prachtig vertrekpunt van een bijna magische ‘Great Drive’. Je valt vanaf Bormio bijna direct met je neus in de boter. De beklimming van de Stelvio vanaf Bormio is de makkelijke kant om te rijden. Je hebt nog steeds een bijna onmogelijk lange klim, maar het aantal haarspeldbochten is iets beperkter dan aan de Zuid-Tiroolse kant.
De ideale auto voor de Stelviopas?
Een Lotus, of kleine hothatch. Het is geen hele brede weg en de vele haarspeldbochten zorgen ervoor dat je veel moet draaien en keren. De Audi A6 2.0 TDI van Robbert is te groot, te zwaar en mist ook wat power. De 150 pk sterke 2.0 TDI is een fijne koppelmotor maar natuurlijk geen sportmotor. Wel is het prettig om een automatische versnellingsbak te hebben, want met een handbak had je veel haarspeldbochten in eerste versnelling moeten nemen. Je hebt in een diesel nu eenmaal vaak wat meer toeren nodig om weg te rijden.
Is het onoverkomelijk dat je niet in een sportieve auto rijdt?
Niet direct. Sportieve ambities zijn op de Stelvio niet direct op zijn plaats, ook al doen al legendarische verhalen je anders geloven. Het is er vaak heel erg druk. Zeker als het zonnetje schijnt zijn er heel veel fietsers en nog veel meer motorrijders die hun geluk beproeven. Het is dus vrijwel onmogelijk om op de limiet te rijden. Er zijn wegen waar je veel meer tempo kunt maken. Daarnaast is het ook nog eens een hele smalle weg, dat maakt het sowieso al lastig om echt los te gaan.
Waarom is de Stelvio dan wel bijzonder?
Vanwege de lengte, de stijging, de bochten en bovenal het fenomenale uitzicht. Je rijdt op de hoogste weg van Italië en de natuur is even imposant als overweldigend. De top ligt op 2.758 meter en je moet echt even wennen aan de ijle lucht. Het uitzicht is fenomenaal, maar het is wel een beetje een ‘touristtrap’ met de bekende souvenirwinkeltjes en eetkraampjes. Snel doorrijden, het interessante stuk volgt nog als de afdaling begint. Daar krijg je in korte tijd 48 haarspeldbochten voor je kiezen. Niet de meest geschikte route voor mensen met een zwakke maag, maar o wat zijn het panorama en de weg fraai. Helemaal waanzinnig: de weg is al sinds 1825 in gebruik! Bizar als je bedenkt met welke beperkte middelen de route is gebouwd.
En de Timmelsjoch?
Wederom een legendarische Alpenpas, al is het alleen maar dat je op de pashoogte (2.509m) de grens met Oostenrijk passeert. Het is wel van belang om je portemonnee te trekken. De Timmelsjoch kost je 16 euro voor een enkeltje en 24 euro voor een retourticket. Best een stevig bedrag, maar je krijgt zeker waar voor je geld. Prachtig asfalt en misschien nog wel belangrijker is dat je waanzinnige vergezichten hebt over de Dolomieten en de Oostenrijkse Alpen. Het uitzicht is fenomenaal. Dit is overigens ook een weg waar je net wat makkelijker met een hoog tempo kunt sturen. Het is wat gevarieerder dan de Stelvio. Natuurlijk heb je meer dan voldoende haarspeldbochten, maar je hebt ook wat lekkere doorlopers waar je echt even kunt doorhalen. Wederom geldt dat je dit met mate kan doen, want ook de Timmelsjoch is een druk bereden pas in het hoogseizoen.
En als je klaar bent?
Dan neem je een lekkere ‘schnapps’ of ‘kaiserschmarrn’ in het wintersportdorp Sölden. In de winter is het daar ontzettend druk met dronken hossers, in de zomer kun je er een kanon afschieten zonder iemand te raken. Ook wel eens lekker. Een prachtige omgeving waar je kunt genieten van de vele drieduizenders. Bezoek vooral de Tiefenbachgletsjer (3.250m) eens of rijd met je auto omhoog op de Oetztaler gletscherstrasse.
En wil je meer mooie routes? Er zijn in de Alpen (en ook daarbuiten) absoluut meer Great Drives! Je vindt ze in onze rubriek.